donderdag 18 november 2010

De Filippijnen
















In de klas hebben we over de Filippijnen geleerd en er rond geknutseld. We leerden vier Filippijnse kinderen kennen. Het leven van die kinderen is niet altijd even gemakkelijk. Als ze naar school gaan, moeten ze soms dertig minuten wandleen vooraleer ze er zijn. Als ze terug zijn van school kunnen ze niet meteen eten. Ze moeten eerst nog op het veld gaan werken met hun ouders. Op één dag verdienen ze ongeveer één euro en daar moeten ze mee rondkomen. Stel je voor dat je zo moet leven? We hebben ook jeepney’s gemaakt en een tricycle. Dat zijn vervoersmiddelen in de Filippijnen.
Op het einde zijn we naar het inleefatelier in Studio Globo gegaan. We moesten daar in een ‘vliegtuig’ stappen en kregen een T-shirt, een Filippijnse naam en een hoedje. De kinderen met een rode naam, moesten met een vrouw meegaan. De anderen wisten niet wat er aan de hand was, maar iets later mochten zij ook met een andere vrouw meegaan. De kinderen met de rode naam waren de bewoners van de stad. De kinderen met de blauwe naam werden de bewoners van het dorp. Iedereen kreeg een rol. We moesten vanalles doen: Vis inpakken, water verkopen, … Er zijn veel verschillen met België. In de Filippijnen moet je met peso’s betalen, hier met euro’s. Er zijn ook veel andere beroepen zoals een uitbater van een sari-sari winkeltje. Dat is een winkeltje waar je vanalles kan kopen zoals een klein zeepje.
Iedereen vond het super! Op het einde was er een groot feest. We hebben gezongen en gedanst. Toen moesten we spijtig genoeg al weggaan. Terug het vliegtuig in en…. ZOOOEEEF… Terug in België!

Büsra, Helena en Houcine